woensdag 25 april 2018

April 2018 Plotselinge lente-zomer in Zuid-Limburg.

Woensdag 18 april.

Even na half een in de middag stap ik op station Heerlen uit de trein. De zon schijnt en de temperatuur doet zijn best om op de zomer te lijken. Ik ga beginnen aan vijf dagen door het Limburgse land en het aangrenzende België te fietsen. 
Eerst de uitgang van het station vinden. Het wordt de achteruitgang of netter de noordzijde.
Even zoeken naar de liften. Die zijn wat verstopt. Het lijkt op Zwolle als je boven bent.
Buiten gaat het beginnen. Ik wil met mijn gps en met de app van de Groene Weg naar de Middellandse Zee gaan rijden.
Hier in Heerlen bij het station begint het Vennbahn-alternatief. Dat leidt naar Aken.
Maar eerst door Heerlen. Een grote weg leidt me naar riante woonwijken. Het is in die woonstraten meteen stevig klimmen. Zo'n stadswijk is dus ook op heuvels gebouwd. Een hele tijd gaat het door woonstraten en dan weer door buitengebied. Langs een klooster en enkele kerken. 
Het speciale van deze middag is de begroeiing, die druk bezig is. 
Als ik het station verlaat, zijn de bomen en struiken nog in de knop en net aan het uitlopen. Gedurende de middag wordt het steeds groener en bloesemrijker. Een heel bijzondere ervaring. Het is zo zonnig en warm, dat de planten met een vaart groen worden. Al stijgend en dalend kom ik in Simpelveld. Het leuke is, dat ik nu eens ergens rijd, waar ik nog niet eerder ben geweest.
Pas na Bocholtz kom ik weer op bekend terrein. Het gaat Duitsland in  en aan het eind van Orsbach is er een rustpunt. Hier is een groots uitzicht over het dal met op de achtergrond de heuvels voor Cottessen. Vijlen met zijn hoge kerk is te zien, het Drielandenpunt en Aken. Daarvoor een lappendeken van allerlei akkers, boerderijen en huizen, tuinen en boomgaarden.


Na Orsbach volgt de bekende afdaling in twee stukken. Het gaat oerend hard naar beneden. En dan ben ik opeens weer op de vlakke weg. Het gaat achter camping de Gastmolen langs. Er is wel een paadje om er te komen, maar of dat met een beladen fiets wil, is nog steeds de vraag. De echte ingang is aan de weg van Vaals naar Maastricht. 
Ik ga dat niet doen. Ik volg mijn app en gps en kom in Aken. Nu vind ik het tijd voor een versnapering. Ik ga rechtsaf naar Vaals. Daar heb je een Duitse bakker met tearoom. En heel veel lekkere dingen. Ik drink er thee en een appelkruimelding: groot en lekker. Het nadeel is dat er met contant geld moet worden betaald. Dus eerst nog naar de geldautomaat naast de voordeur.
Het is heerlijk. En na deze verwennerij naar de AH om eten voor de avond. Dan terug naar Aken. Want ik had een route bedacht en die wil ik wel vinden. 
Maar dat is wat lastig. Op de kaart kun je niet zien, dat een weg een lange brede trap is. Niet te fietsen dus. Dan maar iets anders proberen. Ook dat lijkt niet goed. Ik kom weer in Vaals en dat is niet de bedoeling. Een vriendelijk heer op een vouwfiets ziet me twijfelen en vraagt wat ik wil. Ik wil naar het Drielandenpunt en dan naar Gemmenich. Hij snapt meteen wat ik bedoel en wijst me een prima route om er te komen. Als het even plat is, geeft dit zich vrij als uitzicht. Naar die toren wil ik toe. Het lijkt heel ver, maar dat valt wel mee.
Het laatste stuk gaat door het bos en is eigenlijk wat ik had bedoeld. Mijn gps neemt de route op, zodat ik het een volgende keer nog eens kan doen. Aan het eind van het bos ben ik bij de toren van het Drielandenpunt. De toren behoort tot het Belgische deel, terwijl ik uit het Duitse bos kom.
Dan gaat het via haarspeltbochten naar beneden en kom ik uiteindelijk in Gemmenich. Dat gaat via knooppunt 91 en dan naar 92 voorbij Sippenaken. Dan de Kuttingerweg op wat naar Epen leidt. Zo kom ik tegen zessen aan bij hotel In 't groene dal. Ik word verwacht en weet de weg.
Welke kamer wil je? ik mag kiezen. Ik neem de kamer, die ik nog niet heb gehad. En dat blijkt een goede keuze te zijn. Lekker ruim, rustig en volop zon en licht.
Maar buiten is het zonnig, ook als het al als het avond is. Ik heb mijn fietskleding uitgespoeld en neem het mee samen met mijn maaltijd naar de stoelen en zitjes achter het hotel. Daar hang ik de boel in de zon en de wind. Zelf zit ik op de bank en in de avondzon nuttig ik mijn diner. Het is er stil en warm en zonnig. Het is er ideaal om zo lang mogelijk te blijven zitten. Pas als mijn kleren droog zijn, ga ik weer naar mijn kamer. Daar mogen ze nog wat nadrogen.
De rest van de avond besteed ik door een biertje te drinken en te praten met de eigenaresse enkele andere gasten, en dat nog steeds buiten.

Donderdag 19 april.
De volgende dag is het eerste wat ik doe, de gordijnen openen en kijken of het echt zulk mooi weer is, als er is voorspeld. En ja hoor, het is strak blauw en zonnig. Ramen open en de frisse ochtendlucht binnen laten. Dan wassen en aankleden. Want om half negen begint het ontbijtbuffet. Het is de eerste morgen altijd weer een verrassing hoeveel gasten er zullen zijn. Aan de gedekte tafels kun je dat niet zien, want er is keuzevrijheid. Dus zijn er meer plaatsen dan mensen.
Ik installeer me aan het tafeltje voor bij het raam. Lekker in de zon, hoewel met de rug naar de zon handiger zou zijn. Dat doe ik de volgende dagen. Lekker eten, smullen van al het brood, gebakken spek, ei, kaas , jam rauwkost. Er is meer dan een mens op kan in de morgen.
Dan de volgende dag als fietser laten beginnen. Vandaag wil ik naar de Bever-winkel in Maastricht. Ortlieb heeft een nieuwe stuurtas met een ingebouwd kaartvak. Het is bestemd voor de smartphone als navigatiemiddel. De vraag is of er ook een kaart of routeboekje inpast. Volgens de fietsenmaker in Apeldoorn wel. Maar de werkelijkheid is anders. Het is een dure tas, waar echt alleen ruimte in is voor een telefoon in het kaartenvak in het deksel. Een waardeloos product voor mij. Kaarten en boekjes passen er niet in.
Dan rijd ik naar het station. Daar ga ik hetzelfde als gisteren uitproberen. Rijden met de app en de gps met de Groene Weg. Ook nu weer klopt het allemaal. Hoewel ik meende te weten hoe de route begint, is het toch even anders. Dat is best leuk. Even op pad buiten Maastricht langs de Maas, vind ik een plekje om te lunchen. Ik zit op mijn krukje aan het water. Het is echt warm, ongewoon heet voor de tijd van het jaar. Op mijn fietscomputer staat een groot deel van de dag 30 graden aan warmte. Na Oost-Maarland ga ik naar Gronsveld. Dan komen de boomgaarden tevoorschijn. Ze staan allemaal in volle bloei en dat geeft een feestelijke aanblik.
Het gaat langs het spoor. Het fietst heerlijk. Ik volg de route door Eijsden, 's Gravenvoeren waar een kruising is opgebroken. Daardoor ga ik ergens anders langs dan de bedoeling is en ik ook nog meen ergens te zijn wat niet juist blijkt te zijn. Uiteindelijk moet ik een stuk terug rijden  vanaf Warsage om via Slenaken en de Loorberg terug te rijden naar Mechelen, waar ik bij de plaatselijke super eten haal en achter het hotel eet ik weer net als gisteren. Ook de was, het bier en de conversatie horen erbij. Dan volgt weer een heerlijke nachtrust.

Vrijdag 20 april
Opnieuw zo'n mooie warme dag. Dadelijk bij het opstaan en de gordijnen open straalt het Limburgse land me al weer tegemoet. Het uitzicht is op de Gerardushoeve en de hellingen ervoor. Douchen en ontbijten. Vandaag iets minder veel dan gisteren. Ik werd er iets te vol van. En dan de dag van vandaag. Waar ga ik vandaag heen.
Er zijn nieuwe knooppunten bijgekomen vanaf Valkenburg naar Meerssen. Die wil ik vandaag gaan verkennen. Eerst naar Gulpen voor de dagelijkse inkopen. Een mens moet onderweg eten, als hij niet gaat eten in een restaurant. Dan de klim Gulpen uit. Knp 58,59,60. Dat lijkt de gewone route naar Valkenburg via Wijlre. Maar de bordjes zijn iets verplaatst, zodat het toch ergens anders langs gaat dan vorig jaar.Een stukje door het Gerendal en bij Schin op Geul gaat het ook anders. Niet meer steeds langs de grote weg. Ook in Valkenburg is het anders geworden. Nu ga je weer langs een weg, die lang niet gebruikt mocht worden door fietsers. Ergens voor een steile klim gaat een nieuw fietspad door landerijen naar Houthem.


Dan door een klaphek en over een houten vlonderbrug boven de grond door een stuk nieuwe natuur en komt uit bij Kasteel St. Gerlach in Houthem-St. Gerlach. Dus bij de kerk daar. Dan gaat het verrassend verder langs nieuwe paden tot bij Meerssen. In Meerssen ga ik naar kp 09 en denk in Rothem bij een bankje uit te komen. Maar dat is mis gedacht. Ik kom op de weg naar Valkenburg terug en er komt net een jongen op een opoefiets met een noodvaart de helling af. Hij rijdt links van de weg. Wel gevaarlijk als ik op de linkerhelft van de weg moet stoppen. Linke boel, zonder helm en zo oerend hard.
Terwijl ik er nog over nadenk, zie ik een picknicktafel. Een geschikte plek voor mijn lunch. Ik kijk slordig achterom, zie in de verte een wielrenner komen en steek over. Ik stop voor de berm en sta zo dwars over de weg. Achter me is er ruimte genoeg voor een fietser. Blijkbaar is de wielrenner er eerder dan ik dacht. Ze roept : nou zeg!. Ik roep excuses terug. Eerst zorgt iemand voor een gevaarlijke situatie en dan doe ik het zelf. Niet zo netjes.
Maar ik ga eten en het smaakt goed, zo in het zonnetje. Er stopt een fietser met dezelfde fiets als mijn echtgenote. Hij vraagt wat er zo prettig is aan mijn fiets. Hoewel hij hetzelfde merk heeft, vindt hij mijn fiets wel heel bijzonder. En dat vind ik natuurlijk ook we. Als ik zeg, dat mijn vrouw net zo'n fiets heeft als hij, neemt hij afscheid en vertrekt. Dat gebeurt me wel vaker: een manspersoon maakt een praatje en als ik over mijn vrouw begin, zijn ze opeens niet meer geïnteresseerd en gaan er vandoor.
Na het eten ga ik weer verder, kp 104, 64,65,66,71,82,83. Dat betekent eerst stevig omhoog naar Berg en weer omlaag. Vlak voor Maastricht linksaf naar Bemelen. klimmen naar St.Antoniusbank. Ook de Amstel-Gold-Race gaat hier een paar keer omhoog en omlaag. Boven gekomen naar Cadier en Keer. Dan blijft het wat golven naar Bruisterbosch. Hier langs een boerderij-camping, waar we op onze eerste fietsvakantie naar het buitenland hebben gekampeerd. Door Banholt en Terlinden naar kp85 Zo kom ik weer in Gulpen. Dan naar Wittem langs de grote weg en in naar Wahlwiller. Hier blijf ik parallel aan de hoofdweg naar Nijswiller. Er is een bankje voor een kop koffie en een koek.Ik bel restaurant Buitenlust voor een tafel voor een persoon. Ik peddel naar Mamelis en ga dan naar Lemiers. Kp93 em tot Harles. Dan kies ik eigenlijk een verkeerde weg. Ik moet klimmen naar Zevenwegen. Dan omlaag naar het restaurant. Keurig op de afgesproken tijd kom ik daar aan.
Het is bijzonder druk en het is maar goed dat ik heb gereserveerd. Ik krijg een vierpersoonstafel voor mij alleen. Niet erg slim als er veel mensen komen. Ik eet er lekker de bekende vegetarische schotel, niet dezelfde als de vorige keer, maar wel niet zo lekker en met pasta. Een sorbetijs toe. Ik ben voldaan. Ondertussen zijn er heel wat mensen weggegaan, omdat het vol is. Een Duits echtpaar, waarvan de man steeds tegen een telefoon praat, laat zich niet zo makkelijk verjagen. De vrouw vraagt of ze bij mij aan tafel kunnen zitten. Ik weiger. Dan gaan ze toch maar weg. Ik betaal en vertrek naar mijn hotel. Daar zitten we nog een hele tijd buiten. De nacht volgt en morgen is het zaterdag, weer een dag om te genieten.


Zuid-Limburg - Holterberg.
Een tocht in de warmste week van 2016

Ja, een tocht in de warmste week van het jaar, maar dat wist ik niet van tevoren.
Op maandag is het nog een koele bewolkte zomerdag met het weer, dat we al weken hebben: steeds te weinig zon en te lage temperaturen. Maar morgen zal het beter worden.
Dus plan ik een reisje vanaf morgen. De dinsdag.

Op tijd opstaan en de eerste trein, waarin de fiets mee mag, neem ik richting Zuid-Limburg.
Het is al gauw warm aan het worden, hoewel de zon nog niet meedoet.
Op station Utrecht is het voller dan ik had verwacht. Er zijn heel wat passagiers met een fiets. Ze zullen toch niet allemaal naar het zuiden afreizen, hoop ik. Maar ik heb het behoorlijk mis. Al die fietsers gaan naar het perron van de trein richting Maastricht/Heerlen.
En dan komt een trein ook nog niet opdagen. Er is er eentje uitgevallen. En de volgende heeft maar één treinstel. Veel te weinig voor zoveel fietsers. Er gaan wel dertig mee. Allemaal in de balkons tussen de coupés. Het is een rare volligheid.
Ik heb gelukkig een zitplaats naast een andere fietser op een plek voor fietsen. Ik sta dus niet illegaal
gestald.
De man naast me heeft ook een trekkingfiets. Hij heeft al heel wat afgereden in de wereld. Toch vertelt hij er niet erg enthousiast over. O is hij tamelijk negatief oven de mensen, die zoals ik wat ouder zijn en dan met zo'n dure Santos rondrijden. Het lijkt er nogal op dat hij jaloers is. Hij heeft een Stevens van 15 jaar oud en daar kun je best nog vele reizen mee maken. Ik leg hem uit, hoe ik aan die dure Santos ben gekomen en veronderstel, dat wel meer mensen van mijn leeftijd op die manier geld hebben voor een fiets.
Vaak gaan bij 's Hertogenbosch er veel mensen weer uit. Maar vandaag niet. Het wordt alleen nog voller. Het was slim geweest om gisteren al naar het zuiden af te reizen. Met het mooie weer op komst gaan alle mensen opeens tegelijk., lijkt het wel.
De reis gaat voor mij tot Sittard. Eerst wilde ik verder reizen. Maar ik ben het zat en ga er uit. Dan maar gewoon doen, wat ik elke keer doe: vanaf Sittard verder fietsen. Het is inmiddels al mooi weer geworden. Maar de hitte is er nog niet gelukkig.
Ik rijd via de gebruikelijke weg naar het zuiden, naar Epen. Daar kom ik tegen etenstijd aan. Onderweg heb ik in Gulpen eten gekocht en natuurlijk wordt ik herkend. Ik kom hier immers vaker.
De mensen van Klein Kullen kennen hun gasten. Het gaat allemaal zoals altijd. Op weg hierheen heb ik nog even gekeken of he wandelhotel open is. Dat is wel het geval. Dus daar kan ik later in het jaar nog eens terecht.
Herfst in Zuid-Limburg. 27-10-2016

Vanmiddag de eerste tocht van vier of vijf door het kleurrijke zuiden.  In alle andere delen van ons land en elders is het ook zo kleurrijk. Maar in Zuid-Limburg  zie je er meer van door de heuvels. 
U
Dus reis ik per trein naar Maastricht en zie enkel mist, nevel en lage bewolking.  Ik verlaat het station na een plas en de installatie van mijn GPS.  Dan wordt het spoorzoeken door de stad. 
Allereerst kom ik bij de brug over de Maastricht.  Net als ik eraan komt,  gaat-ie dicht. Maar de mensen lopen en fietsen over een deel naast de rijbaan gewoon door. Net of er niets aan de hand is. Ik neem ook dat pad. Aan de andere kant wacht ik, om te kijken wat er gaat gebeuren. Het wegdek gaat een eindje omhooggevallen.  Het voetpad ook, maar blijft wel bruikbaar door een plaat die opschuift en zo verbinding houdt met de vaste grond. Heel merkwaardig.  Zie de foto.

Dan over de stenen berging en linksaf. Even verderfelijke rechts. Langs OLV Maria Sterre der Zee.  Ik meen dat deze oude kerk zo heet. Vreemde naam voor Maria. Nergens in de bijbel staat iets over haar zeevaart ervaringen.

Ik ga verder en volg mijn gps en de knooppunten. Toch gaat het mis. Mijn speeltje brengt me weer netjes terug naar de route. Dat is naar Kannen en dan over het Albertkanaal en erlangs.  De bomen tonen hun kleuren met se doorkomen de zon als kleurversterker. 
Bij Eben-Emael begint het stevig te stijgen.  En even later omlaag en nog eens omhoog over een brug over genoemd kanaal. En dan ben ik opeens bij de pont naar Eijsden. De schuit ligt aan de overkant. Hoe en wanneer komt hij naar mij? Een paar keer zwaaien,  een roepgeluid, Dan ' schipper mag ik overvaren  (alleen schipper hardop,  de rest in gedachten). En dat werkt: de boot komt naar me toe. De pontbaas heeft de spraak  niet uitgevonden. Er komt amper een woord uit. Ik groet en bedankt hem  en toon zo mijn waardering voor zijn actie. Zonder reactie. Iemand uit deze streek zei eens tegen me dat de mensen hier zo onvriendelijk zijn. Deze keer klopte het.
Verder maar de bordjes volgen. Door Eijsden en over de snelweg naar het zuiden, België in. Bij St.  Gravensvoeren gaat het stevig klimmen , anderhalve km met 7-11%. Gemiddeld is het 8% denk ik. Later weer omlaag en door Teuven van beide soorten één. Dan nog een 6% klim naar Sippenaken ,waarna het ook nog weer omlaag en omhooggevallen gaat . En dan de Kuttingerweg,  die er niet voor onder doet. Uiteindelijk ben ik bij mijn hotelletje. Nog even een afspraak voor eten bij een restaurant en dan naar binnen. Inschrijven, de vertrouwde kamer. Alles is net als anders. Na de douche naar het eten gewandeld,  de Wingbergermolen. Lekkere soep en groene curriculum met rijst en groenten.  Een toetje gaat er niet meer in en die heb ik ook bij me. Dus ga ik die nu eten.


28-10-2016
De volgende dag toer ik met mijn garmin een ronde door dit heuvelland. Langs grotere wegen gaat het naar Valkenburg en Genhout. Na Groot   Haasdal nog een eind en dan opeens allemaal zandwegen. Heel leuk doordat de gps op onverhard staat. Ik kom langs Heerlen en Voerendaal. Dan via smalle paadjes richting Ubachsberg. Maar dan wordt het al te gek en ga toch maar de betere wegen zoeken. de wegen gaan op en neer. Ik kom opeens door een hek bij een afgraving. Het is er een vieze modderboel. Raar dat de gsm me hier heenbrengt. Maar als ik beter kijk, moet ik een klein wegje het bos in. Dan komt het wel goed. Het is maar een bospad, dat later weer een betere zandweg wordt.
Zo kom ik via de Bieb weg in Vijlen. Dan is het weer de route. Het moet nog naar restaurant Buitenlust.  Dus daalt het af en net als ik denk dat ik nu gewoon kan doorrollen,  zou het nog weer het bos ingaan. Nee, gewoon de weg volgen. Even vragen of er ruimte is om te dineren.  Het is nog te vroeg, dan maar even naar Cottessen omlaag en weer terug omhoog: etenstijd.
Ik eet een soepje vooraf en ik verhuis even van plaats, zodat ik beter naar buiten kan kijken. Het hoofdgerecht is een vegetarische pasta. Met een goede smaak en heet. Dat gaat over de temperatuur.
Ik ben helaas te vol voor een toetje, want in het hotel staat nog appeltaart op me te wachten.
Dus ga ik in het donker weer terug. Nu heb ik een fietslamp als een schijnwerper. Dus is het in het donker niet donker. En kom ik veilig aan op mijn bestemming.

29-10-2016
Nog een dag in het nu zonnige zuiden. Het is een stralende dag met een stralende temperatuur. Meteen is het al niet koud in de morgen. Heerlijk ontbeten en geslapen, andersom natuurlijk.
En dan weer mijn gps een route laten bepalen. Nu ga ik richting Maastricht. Eerst gaat het weer hetzelfde naar Mechelen en Gulpen. Dan gaat het naar IJzeren. Dat is wel grappig. Zo'n gps weet niet waar de Lfroutes gaan. Dus wordt het een heuse klim die ik eens andersom al dalend heb gedaan. Maar dat is nu niet erg. Mijn klimbenen zijn nog steeds goed in vorm. Dus trap ik lekker verder.Via allerlei vreemde wegen en dorpen kom ik in het noorden Maastricht binnen. Er is een supermarkt waar ik wat te bikken haal. Met een heleboel bochten kom ik weer uit op de weg langs de stad. En zo ook weer richting Gronsveld. Dan naar Bemelen. ook niet is het klimmen geblazen. Een knooppuntenroute neemt niet deze weg. Ik dus wel. En dan voel ik me weer een deelnemer aan de Amstelgoldrace.  

vrijdag 7 oktober 2016

Oud Land - Nieuw Land 

  Rondje t' Harde - Harderwijk- t' Harde via o.a. knooppunten   ruim 68 km

station ri 28,  06 - 02-30-46-45-44-48-23-25-10-04-03-02-06-01-35-29-10- Stoplichten RD-50-53-73-72-14-15-16-18-19-30- ri 28- eind bij het station, spoorovergang.

Een fietstocht van station t' Harde naar Harderwijk en terug, maar niet langs de rechtste weg.
We kiezen een route door aantrekkelijk gebied en opvallende  natuur. Oud en nieuw. In ieder geval veelzijdig en afwisselend, of we nu door oud land rijden, of door de Flevopolder,
die ook niet meer zo nieuw is, dat het opvalt.

We starten bij het station van t' Harde en gaan links af ri kp 28. Onder de A28 door en het dorp in. Als het bordje naar kp 28 zegt, steken we de weg links over. Bij kp 28 gaan we naar 06. Het gaat door afwisselend bos, struiken en langs enkele kleine boerderijen. Bij een picknicktafel kom je bij de verharde weg en gaan we naar links. Kp 06  is dan ongemerkt gepasseerd en het gaat  naar 02. Dat betekent linksaf een zandweg in met een mooie bomenlaan als oprit naar een landhuis. Door het tegenlicht zie je het huis niet op de foto.

We betreden landgoed Zwaluwenburg. Een oud landgoed met grote bomen, veel lanen en allerlei begroeiing. En natuurlijk de boerderijen, die vroeger voor het levensonderhoud van de bewoners zorgden. Vlak voor het hek buigt de weg naar links om het weiland heen.
Een eindje verder staat een bord over geneeskrachtige brandnetels. Dat doet vermoeden, dat hier iets is, wat ik niet wist.

 Op de kruising ga ik even naar rechts om een foto te maken van het landhuis Zwaluwenburg. Het huis stamt uit 1728 en is nog helemaal in originele staat. Het is privé bezit en niet te bezichtigen. Helaas. Maar met openmonumentendag vaak wel.
De omgeving is net een openluchtmuseum met oude boerderijen uit de 18e en 19e eeuw. Het land is een afwisseling van bos, parken, akkers en weilanden. Je begrijpt dat de vegetatie en dierenwereld zich hierbij heeft aangesloten in grote verscheidenheid.
Terug naar de route en verder. Dan begrijp ik opeens waarom daar een bord met die brandnetel- uitleg stond. Bijna aan het eind van de laan zijn links de kwekerij en tuinen van Biohorma. Beter bekend als de tuinen van dr.A.Vogel. Hier worden de geneeskrachtige planten gekweekt voor zijn pillen en drankjes. Maar er is ook een zorgboerderij en een theeschenkerij. Ook vergeten groenten en fruit worden er gekweekt en verkocht. Een heel interessant gebied, dat ook wat natuur betreft veel heeft te bieden. Door de grote afwisseling in planten is er het hele jaar wel iets te beleven. Vooral in het voorjaar is het een feest van alles wat in bloei staan en de vele verschillende vogels , die hun liederen laten horen. Op de website van Geldersch Landschap en Kastelen is meer informatie te vinden over het huis en de omgeving. Geregeld zijn er evenementen. En er zijn wandelroutes over het landgoed.
Maar onze reis gaat verder. Na het oversteken van de weg t' Harde -Elburg komen we op landgoed Schouwenburg. Hier staat ook een groot landhuis, dat door de beplanting aan het oog wordt onttrokken. De gracht verraadt de aanwezigheid. Het huis is ouder dan Zwaluwenburg. Maar Zwaluwenburg heette eerst Wijnbergen en dat stamde uit de 14e eeuw. Het is dus een heel oud gebied. Dat het oud is, verraadt de bestrating naar Schouwenburg. Een speciale sierbestrating in waaiervorm.
De oprit naar het huis Schouwenburg

De gracht

De bestrating.
De weg over het landgoed.


De 02 bordjes volgend gaat het weer uit het bos en landgoed en op een gewone weg naar een gewoon dorp, een eindje verder. Hoge Enk heet het. En het gaat echt omhoog. Hier een keer naar rechts en uiteindelijk komen we op de weg naar Elburg bij kp 02. Hier kun je ri 03 om door het stadje te rijden. Er zijn genoeg terrasjes op de inwendige mens te verwennen. Ook de vele winkeltjes vragen om aandacht. Een prima halte om even wat anders te doen dan fietsen. We zoeken onze weg richting de polder weer op en komen weer op de route.
Wil je dit niet, dan van kp02 naar 30 en 46. In het stadje kom je langs de haven met oude schepen. Buiten de stad is er de haven met hedendaagse plezierjachten, groot en klein, tot de brug over het water tussen het oude land en de polder. Hier verlaten we de Veluwe en dalen letterlijk af naar de bodem van de vroegere Zuiderzee: de weg gaat naar beneden. Over een mooi fietspad rijden we naar kp 45. Daar steken we de weg linksaf over en gaan de bossen tegemoet. De Flevopolder mag dan nieuw land heten, het is al wel zo oud, dat er grote en volwassen bossen zijn ontstaan.
Als ik de weg een eind ben ingereden, worden we welkom geheten door een bord met de tekst: welkom in Spijkerbos - Bremerberg.
In het bos is een vijver aangelegd op de plek waar de Zuiderzee vroeger een zandbank heeft gemaakt,
een Spijkzand. Zand van de kust van
de Veluwe. Dus toch oud land in nieuw land. Men heeft van deze zandplaat een vijver gemaakt en heuvels aangelegd met een strandje. Het hele gebied is de moeite waard door de aanwezigheid van een gevarieerde flora met de nodige vogels en insecten, die er zijn gaan wonen. Speciaal de Wielewaal is er te zien. Een mooie stille plek. Maar de rit gaat verder. Even terug naar het fietspad, rechtsaf. Dat kronkelt door het bos met riet en bomen, grassen en nog veel meer. Naar kp 48. Dat betekent een eind langs een wat grotere weg. Maar het blijft een tocht door bosrijk gebied. Helemaal geen kale polder.

Bij kp 48 kun je kiezen voor kp 47. dan ga je naar de dijk en rijd je verder langs het Veluwemeer met een wijds uitzicht over het water. Bij mooi weer wemelt het er van de boten.
Ik kies ervoor om de weg die ik al volg, verder te volgen naar kp23. Het is een mooi ruim fietspad en door een wisselend landschap. In de zomer kan het er wel druk zijn. Het is de aanrijroute voor Walibi. Maar nu is dat gesloten en de weg rustig.

Bij kn 23 kun je ook weer op de dijk verder gaan. maar ik ga het land weer in naar kp 25 en dan naar 10. Het blijft bosrijk. De fietspaden zijn goed en het rijdt nog steeds plezierig.
Dan komen de grote golfterreinen in zicht. Een hele tijd rijd ik er langs. Daarna is er een kijkhut bij een waterplas. Er drijven meerdere soorten eenden in. In de winter komen er wintergasten overwinteren en in de rest van het jaar is er een verscheidenheid aan watervogels te zien. Dat geldt trouwens voor het hele traject door de polder: veel natuur en vogels.
Een eind verder zit het gras vol ganzen. Ik heb een groen/geel vel gekleurde jas aan. En de vogels gaan op de wieken. Eerst een eerste zwerm, gevolgd door een tweede, maar de derde groep blijft gewoon zitten. Waarom voor zo'n velgekleurde fietser opvliegen. Blijf maar gewoon zitten.
Van kp 10 ga ik naar 04. Onderweg kom je nog langs een uitspanning van een vakantiepark.
Bij kp 04 kun je weer kiezen om langs de dijk verder te gaan. Dan naar 06 en 01. Ik ga verder door het Harderbos, dus naar kp 03. Dit bos is anders dan het vorige. Het is woester en natter. Het fietspad is van stevig beton. Van kp03 naar 02, 06 en ook 01.
Het is een nat bos met bijbehorende vegetatie.
Uiteindelijk kom je toch bij de dijk. Hier is gemaal Lovink. Het water uit de polder wordt hier in het Veluwemeer gepompt. En de schepen kunnen door de sluis de polder in en uit.

Dan volg ik de knooppunten 35, 29 ri 10. of beter gezegd: ik volg de weg langs het randmeer tot de rotonde. Hier onder de weg door en naar linkst, de Knardijk op. Dit is een grote verbinding tussen de polder, de A28 en Harderwijk en verder. Een druk gebied wat verkeer betreft. Vroeger was het een weg over een dijk met een brug en een schutsluis. Dat gaf veel verkeersoponthoud. De brug stond te vaak open. Nu is er een hogere brug, de sluizen zijn verdwenen. De weg gaat eerst over het water en verderop duikt de weg naar beneden. Een aquaduct geeft de schepen de mogelijkheid om over onze hoofden te varen. Deze constructie zorgt wel voor een fikse afdaling, die je mooi kunt gebruiken om vanaf het diepste punt met een flinke vaart weer omhoog te gaan. Je klimt met 2%. Bovenaan volg ik verder richting kp 10. Maar als ik naar rechts moet, ga ik links. Naar rechts geeft je de mogelijkheid Harderwijk te bekijken. Je kunt naar het station gaan, als je het nu wel genoeg vindt. Maar ik ga dus links en met de verkeerslichten naar de overkant. Ik blijf het fietspad volgen langs de weg van de Knardijk naar de A28. dat is nog steeds. Bij de volgende verkeerslichten ga ik weer rechtdoor en stoor me niet aan het kp-bordje. Weer gaat het omhoog. Nu over het spoor en dan aan het eind rechts en meteen links, doorgaand verkeer voor fietsers volgend. Aan het eind gaat de weg naar rechts, maar ik rijd rechtdoor, verboden in te rijden, behalve fietsers. Dit is een fietsweg, de Thorbeckelaan. Aan het eind niet oversteken, maar meteen links. Dan wordt het weer klimmen. Harderwijk heeft hier een enorme houten fietsbrug gebouwd. Het is wel even klimmen. Bij het afdalen opletten op fietsers die van andere kanten komen.
Langs een restaurant/hotel en dan linksaf naar kp50. Je rijdt dan over de Cooperbaan.  Wil je niet terug rijden naar t' Harde, dan kun je hier rechtdoor gaan naar de volgende oversteekplaats met fietspad. Een moeilijke oversteek. Heb geduld. Er komt altijd een goed moment om veilig naar de overkant te komen. Deze weg heet de Koesteeg. Dat gaat naar kp77. Als je daar bij een verkeersweg komt, kun je rechtsaf gaan en steeds rechtdoor rijden, door de winkelstraat lopen en dan weer op de fiets. Eindpunt is dan het station van Ermelo. Je hebt dan ongeveer 45 km afgelegd.

Wil je weer terug naar t'Harde, dan is er nog 29 km te gaan vanaf 38 km die je dan al gedaan hebt.
De rondrit wordt dan ruim 68 km.

We gaan dus langs het restaurant en bij de aanwijzing ri 50 gaan we links door het klaphek. Nu ben je in het gebied op de Veluwe waar de wilde zwijnen los rondlopen. Je kunt er een tegenkomen. Maar meestal niet overdag. We rijden van kp 50 naar 53. Dat gaat langs een woestijn- achtig gebied. Het Beekhuizerzand.






Een zandverstuiving, die in de zon heel warm kan worden, maar ook heel koud. Af en toe komt het zand door de wind in duinen op het fietspad. Als je vaker dit pad volgt, merk je dat het zand steeds weer op een andere plek terecht komt.
Na de zandvlakte komen we weer in het bos. Pas hier op voor de paaltjes. Soms zijn ze er wel en soms niet. Het heeft te maken met de aanwezigheid van het leger, die hier oefent.
We volgen de weg na kp 53 ri 73.Deze weg het de Schapendrift. Vroeger dreven de boeren uit Hulshorst hun schapen hier langs naar en van de grote stille heide. Eerst komen we langs de Hierdense Beek. De beek is de afgelopen jaren weer in goede staat gebracht en voert nu weer volop water naar het Veluwemeer.

Verderop tussen de bomen door zie je de heidevelden. We passeren een paal met een bordje, dat vertelt over een bommenwerper die op zijn terugtocht naar Engeland uit de lucht is geschoten en hier langs de Schapendrift is neergestort. Een eind verder is links een wild- observatie hut. Het loont zeker de moeite om even te gaan kijken. Vaak zie je er wel een ree of een hert.
Langs het fietspad zijn duidelijk de sporen van wilde zwijnen te zien: ze hebben de bermen danig om geschoffeld op zoek naar voedsel. 
 Dit fietspad eindigt op de Stakenbergweg. Hier links naar 72, Je komt langs het dagrecreatieterrein de Stakenberg. Hier voorbij naar rechts, naar 14. Dat is naar Vierhouten. Het is een heuvelig pad over een grote stille heide. Aan het eind zijn we bij het dorp Vierhouten. Van 14 via 15 naar 16. In Vierhouten zijn meerdere terrassen, restaurants om even bij te komen.
Dan het laatste stuk. Eerst naar 18. Hier kom je langs het verscholen dorp. Een plek in het bos, waar in de tweede wereldoorlog mensen ondergedoken zaten. Er staat uitleg hoe het de bewoners is vergaan . Langs de weg zijn meerdere gedenkplekken. Ondertussen is het bos heerlijk om door te rijden. In de tijd dat de vogels zingen, is het een lust voor het oor.
Uiteindelijk kom je weer bij een grotere weg. die volgen we verder naar kp19. Dan duiken we nog eenmaal het bos weer in om naar kp 30 te komen. Vandaar gaan we klimmen naar t' Harde. Het is een stevige klim. Maar aan het eind wacht het station en het spoor om voldaan van een rondrit vol afwisseling in natuur, landschap, vergezichten en beslotenheid naar huis terug te keren.
Ga je niet met de trein, je auto kan ook bij het station geparkeerd worden.
Tip: bedenk voordat je gaat, hoe de windrichting is. Het door door de polder langs de dijk kan zwaar zijn als de wind tegen is. Dan is het handig om de route omgekeerd te rijden.


donderdag 28 juli 2016

Weekend Amstel Gold Race 16 april 2016 

Elk jaar in de lente ga ik een keer een aantal dagen fietsen in Zuid-Limburg. Ik logeer dan in het Wandelhotel In 't groene dal in Epen.
Dit jaar was het er nog niet van gekomen. Steeds is er wat of het weer wil niet meewerken.
En toch wil ik er dit jaar persé heen. Want ik wil trainen in het klimmen met bagage op mijn fiets.
En het lijkt me leuk om de sfeer rond de AmstelGoldRace eens mee te maken.
Dus toch maar een kamer gereserveerd.
Ik vertrek op de zaterdag ervoor. Dat heeft met de bezetting van de hotelkamers te maken.
Het is nou niet direct van dat prachtige weer. In tegendeel. Het is eigenlijk snertweer. Maar afspraak is afspraak. En het weer zou best goed zijn. Wie weet.
In de trein naar Maastricht of Sittard. Dat hangt er even vanaf. Als het regent ga ik naar de eerstgenoemde plaats. Is het weer goed, dan ga ik naar de tweede.
Even voor twaalven ben ik bij Sittard. De zon schijnt en het is droog. Dus begin ik hier met mijn tocht.
Hoewel ik het elk jaar zo doe, is het ook weer steeds anders. Nu is het koud en toch niet helemaal droog. Voor het station ga ik naar rechts en even later naar links om zo de knooppunten te kunnen gaan volgen.
Als ik de rondweg half rond ben gereden, ga ik naar rechts. En meteen begint het klimmen. Dit is eigenlijk een weg met kruiswegstaties en leidt naar een kapel. Je mag er niet inrijden. Maar de fietsroute gaat er wel heen. De weg wordt versperd door een dubbel dranghek, waar je net met je fiets tussen door kunt. Dus even wringen en ik ben er door.
Eigenlijk zou het een heel devote weg moeten zijn, maar de mensen, die er lopen, laten allemaal hun hondje uit. Gestaag klim ik omhoog. Op het hoogste punt ga ik naar rechts. Daar is het begin van ee sjieke woonwijk. Later is dat weer over. Ik volg de bordjes met de nummers en verlaat de stad.
Hoge nood noopt me een veilige plaats te zoeken om de nood te lenigen. Dat is niet een groot probleem. Alleen zaak om op tijd klaar te zijn, voor er weer mensen aankomen.

Al bergje op en bergje af ( gelukkig wel) kom ik in Windraak. Hoe bedenk je zo'n naam. Het ligt hoog en de wind is dus zeker raak. Ook vandaag. Dan is het tijd voor de lunch. Die nuttig ik op een bankje in de buurt van deze plaats. Ik zie een parkeerplaats en bankjes. Hoewel ik hier elke keer langskom, valt deze plek me nu pas op. Ik haal de etenswaren tevoorschijn. Dan realiseer ik me, dat ik thuis geen brood voor onderweg heb gesmeerd. Ik wilde tomaatjes uit de koelkast halen en in mijn broodtrommel doen. Maar de tomaten waren er niet en zo heb ik de broodtrommel vergeten en geen broodjes gesmeerd. De sneetjes liggen nog in de kast.
Gelukkig heb ik meer brood bij me en de picknick begint. Eerst koffie en een croissant. Ja, dat hoort er bij. Ik neem eten van thuis mee en koop onderweg van alles, zodat ik het meegebrachte voer laat zitten. Zo kom ik nooit tekort.
Na de maaltijd weer verder en dan kom ik langs de plek, waar ik meestal lunch. Dat blijkt aan de andere kant van het bos te zijn, dan waar ik nu heb gezeten.
Trappen maar; kleding uitdoen, het is veel te warm. Een eind verder weer aandoen, want na wat regen is het opeens veel kouder. En zo gaat het maar door.
Ik vraag me af wanneer ik de mensen van de toerversie van de race van morgen tegenkom. Nou, dat duurt nog even. Maar ze zijn er. Een paar keer moet ik wachten met oversteken om ze voor te laten gaan en een paar keer rijd ik enkele honderden meters met ze mee. Niet echt indrukwekkend. Ze zijn moe en afgemat. want wie ik hier tegenkom, zijn de mensen die de route van 240 km doen en ze zijn met de laatste 50 km bezig, denk ik.
Via Voerendaal, Winthagen en Colmont rijd ik uiteindelijk naar Gulpen en vandaar naar Epen.
Voorbij Voerendaal, op weg naar Winthagen, schuil ik onder het viaduct. Het is koud en het regent nu flink. In de regen komen er groepen mensen aanlopen. na het viaduct stoppen ze, overleggen wat en gooien dan met een harde bal over de straat: een spelletje klootschieten. Er volgen wel drie groepen. Misschien komen er nog meer, maar het is weer droog en ik ga verder. Eerst langs de klootschieters en hun ballen, die af en toe in de sloot terecht komen en dan onhandige klauterpartijen opleveren door wel een beetje erg netjes geklede dames.
Dus kom ik uiteindelijk in Epen bij het vertrouwde hotel.
Eerst inchecken en dan op etensjacht. Dat heb ik al een beetje voorbewerkt. In Mechelen ga ik naar een Italiaan. Ik heb niet gereserveerd en ze doen een beetje moeilijk. Als ik zeg om zeven uur weer weg te zijn, krijg ik een tafel aangewezen. Vlot bestellen en dooreten. Ik heb er geen bezwaar tegen. Het smaakt prima, maar de hoeveelheid pasta is aan de krappe kant. Ik laat ze dat ook weten. Zowel aan de dame die bedient, als aan de kok, die komt vragen of het smaakt. Ik sta snel weer buiten en merk dat mijn maag nog niet tevreden is. Dan maar een stuk appeltaart in het hotel. Dat hebben ze vast wel. Ze weten dat ik dat lekker vind. Dus ga ik ervan uit dat ze hebt hebben gebakken.
Daarin heb ik me niet vergist. Een lekker groot stuk is mijn deel na douche en verkleden.
De eerste dag van de vijf fietsdagen is geweest.

17 april 2016
De eerste nacht in een ander bed is altijd weer wennen. Ik ben al vroeg wakker. Dat is niet echt een ramp, want het ontbijt begint om half negen. Zo kan ik rustig opstaan en alvast bedenken hoe ik deze dag zal inrichten.
Bij het ontbijt is het een volle gezellige boel. Er zijn veel gasten en met mijn buren ontstaat er een gesprek over fietsen en soorten fietsen. Het ontbijten wordt zo een prettig tijdverdrijf tijdens het kauwen.
Zoals altijd is er weer meer te eten dan een mens op kan. Dus heerlijk vol en met een gevulde thermosfles warm water voor de koffie ga ik weer naar mijn kamer.  Nu de fietskleren aan. Lekker warm aankleden, want het is koud vandaag. Veel wind en vaak een bui. Het eerste klopt, maar achteraf is de bui niet bij mij geweest. Wel bij de renners. Zij worden enkele keren goed nat.
Nu heb ik thuis iets geprint. Het zijn de doorkomsttijden van de hele wedstrijd. Ik kan dus precies zien, waar ik moet zijn om het peloton te zien.

De eerste plek is Wijlre.
Hier komen ze van boven en stuiven naar Valkenburg. Als ik via Partij aankom, staan er al heel wat mensen te wachten. Ik parkeer mijn fiets en met het fototoestel in de aanslag wacht ik de zaken, die komen, af.
Het duurt niet lang of de eerste motoren van de politie komen aanrijden. Dan volgt een wagen, die verkeerd geparkeerde auto's kan weghalen. Gevolgd door een sobere reclamekaravaan. Het zijn maar drie auto's.
Dan een poosje niets en weer een stel agenten op motoren. Zo gaat het even door. Dan rijden er een aantal personenauto's voorbij met fietsen op het dak. De reserverijwielen voor de renners. Elke ploeg zijn eigen auto. En dan weer een poosje wachten.
Een kwartier eerder dan het schema aangeeft, komt een kopgroep van elf renners naar beneden gezeild en vliegen door de bocht. Het gaat zo snel, dat je geen mens kunt herkennen. Alleen het sfeertje maakt het leuk. En natuurlijk de verbazing over de snelheid.
Vervolgens komen er weer wat auto's en dan volgt het peloton. Die komen wel keurig op tijd voorbij. Zij rijden iets langzamer door de bocht richting Schoonbron. Maar nu zijn het teveel renners tegelijk om een bekend gezicht te ontdekken.
Wel maak ik een hele reeks foto's. Het toestel heb ik op herhaald fotograferen gezet. Ik hoef alleen de ontspanknop ingedrukt te houden en het toestel maakt aan de lopende band foto's tot ik mijn vinger er weer vanaf doe. Deze functie had ik nog nooit gebruikt, maar bewijst nu zijn nut. De meeste foto's zijn ook nog scherp.
Tot slot van de optocht nog wat politie en de rij wordt gesloten door twee ambulances en een wagen met twee bezems opzij, de bezemwagen, als teken dat het de laatste is. En dat is het dan.
Dat gebeurt allemaal tussen elf uur en half twaalf.

De volgende doorkomst is voor het Wandelhotel in Epen.
Dus rijd ik via Stokhem en Mechelen weer terug naar het hotel. Omdat het ondertussen al etenstijd is, ga ik achter het huis zitten op een bankje. Hier staan tafels en stoelen en bankjes voor de gasten.
Mijn eten komt uit de fietstas en ik ga broodjes smeren. Bij de Plus in Gulpen heb ik nog wat lekkere bolletjes gehaald.
Het duurt niet lang, al na een sneetje, of de meute komt er weer aan. Ze komen eerst uit het dorp en rollen naar beneden op weg naar Camerig en Vaals. Ze zijn nu iets meer op tijd van het schema.
De volgorde is nog hetzelfde en in een vloek en een zucht is het voorbij.
Ik ga weer terug naar mijn broodjes. Want over drie kwartier zijn ze terug, nu van de andere kant.
Als ik klaar ben met eten en alles weer heb ingepakt, ga ik voor het hotel zitten. De eigenaresse komt er nu ook bij. We wachten op de doorkomst. Omdat ze nu van beneden naar boven moeten trappen, gaat het iets langzamer. Dat geeft meer tijd op te kijken en foto's te maken. Maar het gaat toch wel erg snel. Dat je zo snel omhoog kunt fietsen. Om twee uur is het feest weer over.

Dan is het zaak om in Slenaken te komen. Daar zijn ze even naar drie uur. Hiervoor moet er goed geklommen worden. Eerst omhoog naar Epen en dan de Julianastraat omhoog naar de Gerardushoeve en nog verder omhoog. Via Eperheide kom ik op een vlak stuk en dan gaat het later de Loorberg af naar Slenaken. Die afdaling is een hele maffe ervaring. Er zijn best veel auto's en de brede fietsstrook is helemaal geblokkeerd door dranghekken met spandoekreclames. Dan dus maar net als de wielrenners over de weg samen met het andere verkeer. Na de afdaling door de bocht Slenaken in. In de volgende bocht stop ik. Dan kan ik ze aan zien komen. Er komt een echtpaar bij staan, die daar in een hotel verblijft. Ze hebben gehoord, dat je eigenlijk iets hoger moet staan om het mooi te kunnen zien. Bij een van de huizen, die echt ver boven de weg staan, zit een oude heer. We mogen bij hem komen. Het echtpaar neemt een stoel, maar ik blijf liever staan. En dan begint weer het wachten op de stoet. Nu kun je horen, dat ze in aantocht zijn. Ik de lucht is de helikopter, van waaruit de beelden worden gemaakt voor de tv-uitzending. Even nadat we die horen en zien, komen de eersten er al aan. Het zijn er nu minder dan de vorige keren. En er rijden meer agenten tussen de verschillende groepen renners. Tot slot weer het hele peloton. De straat is opeens gevuld met een bonte kleurenzee van fietsshirtjes.
Er volgen nog enkele laatkomers en dan de slotwagens. Dat is het dan.
Ondertussen is de lucht nogal donker geworden. Er zou een stevige regenbui kunnen komen. Maar waar ik ben, blijft het droog. '

Nu even met mezelf en de landkaart overleggen hoe en wat nu verder. Want ik zou nog naar de doorkomst bij Sibbe kunnen gaan. Dat is wel even stevig doorfietsen. Maar ik twijfel. Eerst maar terug de Loorberg op. Over de weg waar de renners net langs zijn gegaan. Het is er nu heel vol met auto's en fietsers. En op de helft moeten we wachten. Er wordt een opblaasboog weggehaald, en de reclamedoeken worden verwijderd. Dan verder omhoog. Bij de zijweg naar Schweiberg besluit ik die kant op te gaan. En dan toch maar naar Sibbe. Misschien heb ik geluk. Dat betekent door Mechelen naar Gulpen en dan langs de Rijksweg naar Margraten. Hier de bordjes naar Sibbe volgen en dan richting Valkenburg. Ik kom er droog aan.
En ik heb geluk: ik blijf droog. De wielrenners worden kletsnat met regen en hagel. Ik kan het in de verte zien vallen. Tegen half vijf ben ik bij de rotonde bij Sibbe. Hier staan ook weer veel mensen en een aantal campers. Eigenlijk ben ik niet zo mooi op tijd. Want de kopgroep is er al langs en waarschijnlijk ook al over de finish, maar het peloton of onderdelen ervan komen allemaal nog voorbij. Steeds een groepje voorafgegaan door een agent op een motor. Nu wordt duidelijk waarom er zoveel motoragenten meerijden. In het begin hadden ze nog niet echt wat te doen, maar nu gaan ze vooraf elke een of paar renners die los van de grote groep fietsen. En het slot zijn weer de  ambulances en de bezemwagen.
Hier is wel de bezemwagen, maar het is in Epen.










Ja, dat was het doen. Ik ben er helemaal door opgejut. Dit is een heerlijke belevenis. Volgend jaar vast weer doen.
Ik ga terug naar Mechelen om te eten bij de Chinees. En daarna heerlijk uitrusten in het Wandelhotel.
Dat was de AmstelGoldRace. De  volgende dag ga ik mijn eigen klimdag maken.

18 april 2016

Deze nacht veel beter geslapen. Ik heb me zelfs iets verslapen. maar geen nood. mooi op tijd kom ik aan het ontbijt. Vanmorgen is het iets minder druk dan gisteren. Ik ga op een mooi plekje bij het raam zitten. Een goede plek voor een alleen reizende man.
Na de maaltijd met een thermosfles heet water ga ik naar mijn kamer om me klaar te maken voor deze fietsdag.
Gisteren was het de dag van de AmstelGoldRace. Vandaag wordt het mijn klimdag. Ik ga vandaag zoveel mogelijk klimmetjes zoeken. En het weer is mooi, dus het gaat een geweldige dag worden. 
Ik zorg ervoor, dat ik wat bagage bij me heb. Dat geeft ballast als oefening voor het fietsen met een kampeeruitrusting.
De eerste klim is naar Vaals. Dat gaat vanuit het hotel wel eerst naar beneden, maar daarna is het gestaag klimmen met vele bochten en mooie vergezichten naar Vaals. Die wielrenners deden er  dan wel drie kwartier over om heen en terug te gaan, ik ben alleen voor heen al drie kwartier bezig. Als ik in Vaals aankom, ga ik eerst naar de AH voor de dagelijkse boodschappen. Ik moet per slot van rekening wel voor mijn eigen voer zorgen. Na de AH gaat het via wat knooppunten naar Orsbach., Dat ligt in Duitsland het is vanaf Lemiers een klim van 1,5 km met een stijging van 9 en 10 %. Dat is tocht een leuke daad. Ik kom met een redelijke inspanning boven.
Dan is het even gedaan met het klimmen. Boven is boven en daar is het redelijk vlak.  Via een gammel wegje kom ik weer op een normaal pad. Nu is het eerst een tijdje redelijk vlak.
Omdat dit verhaal niet af is en nog geen foto's had, vul ik het veel later aan en kan ik het niet meer precies vertellen.

In ieder geval rijd ik zoveel als mogelijk is heuvels op en af. Zo kom ik in Valkenburg. Dit via een route die ik nog niet eerder zo had gedaan. Het is echt de dag na de wedstijd. Zelf op een terras kun je niet bestellen wat je wilt, want het is op.
Ik wil graag een vlaai bij de koffie, maar krijg gratis wat lijkt op arretjescake. Ze hebben geen voorraad meer. Toch wel aardig.


19 april.
Elke dag is eigenlijk hetzelfde. Ik fiets rond op klimmeters te maken. Zo ga ik nog eens naar Vaals via de Vaalserberg. Ik doe er bijna een uur over om er te komen. Die wielrenners waren zondag in drie kwartier heen en terug.
Maar dat geeft niet. Ik geniet van het voorjaarslandschap.Bomen die bloesem en jonge blaadjes hebben en een zon die er een zachte waas over brengt.
Na een lange dag met veel klimmen is het goed uitrusten en eten bij restaurant Buitenlust. Hier heb je zo een mooi uitzicht over Cottessen en België. Je kunt er wel dagen naar kijken.Het weer is goed genoeg om buiten te eten.

Dan rustig afdalen en later klimmen naar het Wandelhotel. 's Avonds gezellig kletsen met de dames eigenaressen van het hotel.

20 april.
De laatste dag. Ook nu ga ik weer naar Vaals, maar dan via Vijlen. Dat is iets minder heftig.
Voor Vaals is dan een kerk, wat een museum is. Het lijkt meestal niet open. De ervaring heeft geleerd, dat het restaurant er achter wel open is en je er heerlijk koffie met gebak kunt eten. Het lijkt heel goedkoop, maar uiteindelijk betaal je een normale prijs. In de tuin staan allemaal devotiebeelden.
Er zitten ook enkele andere fietsers, maar echt druk is het niet. Het is immers geen vakantietijd of weekend.
Het is de laatste dag van deze training voor de Pyreneeën tocht. Later ga ik hier nog eens oefenen, maar dan met de kampeeruitrusting erbij.
Nu terug naar Maastricht. Onderweg kom ik nog langs de mergelafgraving bij Bemelen of Gasthuis. Hier lopen klimgeiten alsof het in de bergen is.
Zo komt er weer een eind aan enkele heerlijke fietsdagen in mijn favoriete fietsstreek.



maandag 28 maart 2016

11 maart 2016
Voorjaarstocht langs de Waal, van Nijmegen naar Den Bosch. Via knooppunten:

knooppunten: 19, 20, 44, 47,46,99,82,83,86,85,84,15,27,23,13,59,87,86,81,80,24,69,67,78,07,08,06,1918,17,80,98,40,14,97,48,49,
50,51, en dan het station zoeken.

De tocht begint op een mistige kille vrijdagmorgen met een treinreis naar Nijmegen. Die reis verloopt gemakkelijk. De overstap in Utrecht is interessant. Ik heb nog niet gezien hoe ver de verbouwing nu is. Dat maakt, dat ik de lift naar perron 14, waar ik moet instappen pas vind, als ik heb ontdekt, dat ik een andere looproute had kunnen nemen om er direct te komen.
In de trein is ruimte genoeg. Ik ben in dit stuk de enige fietsende reiziger. ( ik zit wel stil op een stoel en fiets niet.)

Uit de trein gestapt en op het perron is de vraag: ga ik fietsen of ga ik koffie + kopen. En dan: waar ga ik het halen. Ik kies voor het vertrouwde. Bij AH to Go haal ik koffie, pain au chocolat , een flesje jus en enkele krentenbollen. Zo kan ik er even tegen. De koffie en de pain gaan naar binnen, het andere in de fietstas.
Dan naar buiten. Ze hebben in Nijmegen een echte fietsweg om uit het station te komen. Daar herinner ik me, dat ik hier wel vaker heb gestaan. Want het is best lastig om het eerste fietsknooppunt te vinden.
Aan de overkant van het plein is het fietspad. Maar ik zie geen knooppuntenbordje. Op de gok ga ik naar rechts. Dat klopt met mijn kaart, denk ik. Maar het blijkt niet goed. Ik zie dat ik naar de tevoorschijn komende zon rijd. En die staat in het zuiden. Ik moet naar het noorden. Dan maar omgekeerd en terug naar het station. En nu zie ik kp 19. Die volg ik naar kp 20.
Nu weet ik ook wat ik ga doen. Want ik heb twee mogelijkheden: naar huis fietsen of naar Den Bosch trappen. Het eerste idee valt af. Er staat een harde wind uit het noordoosten en ik ga daar niet ruim 80 km tegenin fietsen over de Veluwe. Bovendien is dat allemaal  bekend terrein. Geen zin in dus.
Zo ga ik vanaf kp 20 bijna de rest van de dag evenwijdig aan de Waal fietsen. Met een heerlijke vaart: wind in de rug. Meestal, want soms draait de weg naar noord en dan is het even mis.

De zon doet erg zijn best om er iets van te maken. Dat levert dit plaatje op. De kerk staat aan de dijk en de plaats heet Weurt. Een tegemoet komende fietser heeft er meer moeite mee.
De weg vervolgt de dijk en vaak kan ik de rivier zien. Het water staat erg hoog. Er zijn geen uiterwaarden te zien. Wel veel bomen met hun stammen in het water. Ik vraag me af, of dat wel gezond is voor die bomen en struiken. Ook zijn er veel ganzen te zien. Soms wat eenden of een reiger.
Dan onder de A50 door naar Winssen. Hier verlaat ik even de dijk om het dorp te bekijken. Ik heb er geen foto van gemaakt, maar er staat een toren op een begraafplaats. Een bord vertelt, dat er een kerk aan vast heeft gezeten. Het gebouw is in de loop der eeuwen meerdere keren afgebrand, gesloopt en weer vernieuwd. In het dorp, iets verderop, staat een grote kerk. De oude kerk is afgebroken en de toren hebben ze laten staan. Verder is er in Winssen niet zo veel te beleven.
Dus weer verder naar Hoek en Deest.

Dan naar Druten en Boven- en Beneden Leeuwen. Allemaal dorpen achter de dijk. Toch bleek dat niet altijd veilig. Op een bord lees ik, dat de bewoners in 1995 zijn geëvacueerd,  omdat de dijk dreigde te breken. Dat bord staat bij Druten.

Onderweg kom ik twee maal een nest met ooievaars tegen. De ene is op een stellage en de andere op de schoorsteen van een steenfabriek. De fabriek is weg, de schoorsteen staat er ooievaarsnest te zijn.Het is lastig scherpstellen, dus een beetje wazig.
Een eind verder zie ik de rivier breed zijn. Hier is met bezig ruimte en natuur te maken voor het water van de Waal.



Een bord vertelt ervan en een voorbijganger spreekt mij aan over de verdwenen bomen en dat het er hier zo raar uitziet. Ik vertel dat ik van elders kom en er dus niets vreemd aan herken. Het land ziet er gewoon zo uit. Naast de dijk, ( foto onder) is een picknickplaats. Ik ga er zitten lunchen. en het uitzicht is weer water. Dit is niet de rivier maar ondergelopen land. Bedoeld om overstromingen te voorkomen.

Deze plek blijkt een plaats te zijn met veel
mogelijkheden om foto's te maken. Op de rivier met veel golven varen behoorlijk wat schepen. En dat met een flinke vaart. Even denk ik, dat de beide schepen op de foto tegen elkaar varen. Maar dat is gelukkig niet zo. Wel wordt er luid getoeterd.


Een eind verder staat een eenzame schoorsteen van wijlen een steenfabriek. Het gevaarte doet dienst als ooievaarsnest. En ook hier een paartje, dat ijverig bezig is elkaar het hof te maken. Toch een leuk gezicht: vogels met nesten in de hoogte. Omdat ze kunnen vliegen, hebben ze geen angst om eraf te vallen. Verlies je je evenwicht, hup , vleugels uit en je zweeft op de wind terug naar je nest. 
Dan kom ik op een gedeelte, waar het water
 tot de dijk staat. Een enorme watervlakte geeft dat. En dichterbij gekomen zie ik een bord met doodlopende weg in het water staan. Als je goed kijkt, zie je de weg.

Bij kp 67 zie ik, dat ik veel te vroeg ben om de tocht in Den Bosch te eindigen. Dan kom ik met de terugreis per trein in de toestand, dat ik nu wel mag instappen, maar straks in Utrecht niet kan doorreizen, vanwege het fietsverbod tijdens de avondspits.
Dus trap ik verder. De zon schijnt al de hele middag en het rijdt met de wind mee voortreffelijk.
Ik bereik zo Zaltbommel. Deze keer ga ik niet door de stad. Ik blijf op de dijk. En zie dan het standbeeld van Jip en Janneke.


Dan een laatste foto van de Waal. Het water staat hoog. De schepen storen zich er niet aan en stoempen lekker stroomopwaarts verder.




Ik rijd tot Zuilichem en ga dan naar het zuiden. Uiteindelijk zal ik toch naar Den Bosch moeten. Via Aalst en Nederhemert kom ik langs de Maas. De wind is nu tegen, maar het waait niet meer hard. Langs Ammerzoden en Hedel gaat het naar Den Bosch. Hier ben ik wel vaker langs gekomen. Deze keer besluit ik om de knooppunten te blijven volgen. Het gevolg is nog een behoorlijke rit, zo aan het eind van de dag.
Waarschijnlijk heb ik niet alle bordjes met de knooppunten gezien, of er ontbreken er een paar. In ieder geval vraag ik twee keer de weg naar het station en nog is het moeilijk te vinden.
Om kwart over zes eindigt de tocht voor het station. Ik heb 99,66 km op de teller staan.
Dan vraag ik me af of ik zal gaan eten in een restaurant of een broodje kopen op het station.
Ik haal broodjes bij de Hema. Had ik dus niet moeten doen. Staande eet ik het op. De eerste trein is te vol voor fietsen. De volgende trein ook. Ik stap wel in en meteen weer eruit. Het achtereind van de fiets komt klem tussen de deuren, die zich al sluiten. Ik sta al op het perron en schreeuw naar de conducteur; doe die deur open! Het loopt goed af. Dan naar de overkant van het perron en een trein naar Zwolle genomen. En dan ben ik  om 22.00 uur weer thuis. Deze ervaring leert me, om een volgende keer wel uit eten te gaan en een veel latere trein te nemen.
Maar het was een heerlijke dag met een prima afstand zo met de wind in de rug. Ik sta nog versteld van de afstand. Dat biedt goede perspectieven voor de komende tochten.